Jezus! Wat een tyfuszooi! Echt ongelofelijk. En dan te bedenken dat het allemaal zo mooi had kunnen zijn. Negenentwintig nieuwe nominaties behandelde het werelderfgoedcomité dit afgelopen weekend, negentwintig stuks waarvan ik er al drie had gezien. Zo gek was het dus niet, dacht ik, dat ik verwachtte aan het eind van de vergadering minimaal één nieuwe werelderfgoedsite aan mijn palmares te kunnen toevoegen. Op zijn minst dan, bedoel ik. Want twee of drie cadeautjes was natuurlijk nog veel logischer geweest. Ik was tenslotte jarig…
Frustratie loopt op na beslissingen werelderfgoedcomité
Nou is de vergadering van het werelderfgoedcomité altijd wel goed voor een ongezonde dosis frustratie. De commissieleden verklaren namelijk elk jaar gemiddeld zo’n twintig nieuwe monumenten tot werelderfgoed en maken daarmee mijn queeste, het bezoeken van al deze locaties, tot een steeds lastiger te voltooien levenstaak. Om het nog eens extra moeilijk te maken, schijnen die sadisten er tevens het vervelende genoegen in te scheppen alleen die sites te verkiezen die welhaast onmogelijk zijn te bezoeken. Hufters! Alsof ze willen voorkomen dat ik slaag in mijn opzet…
Palermo vormt bron van ergernis
Helaas is bovenstaande niet het enige kunstje wat de geachte afgevaardigden mij constant flikken. In de beginjaren van mijn queeste focuste ik mij bijvoorbeeld zuiver en alleen op het bezoeken van daadwerkelijk ingeschreven werelderfgoed en liet ik mogelijke kanshebbers helemaal links liggen. Het totale aantal bedroeg toen (anno 2010) namelijk al negenhonderdelf sites en om dat af te werken leek me wel ambitieus genoeg.
Unesco hanteert echter naast de werelderfgoedlijst ook nog een voorlopige lijst. Die laatste is in het leven geroepen zodat er locaties op gezet konden worden die leden (lees landen) ooit nog eens van plan zijn te nomineren voor werelderfgoed. Lekker boeiend, dacht ik, totdat ik in 2014 terugkeerde van een Siciliaanse vakantie en een paar weken later tot mijn grote ergernis moest aanhoren dat het werelderfgoedcomité Palermo had toegevoegd aan de werelderfgoedlijst. “Krijg het lazerus!”, vloekte ik. Had ik net alle sites op dat klote-eiland aangedaan, kon ik nu weer terug omdat ze er nóg eentje tot patrimonium der mensheid hadden verklaard. Wat een verschrikkelijke naaistreek! En ik was nog wel zo blij geweest dat ik ze allemaal had gezien…
Met drie troefkaarten naar werelderfgoedconferentie
Wat bleek, Palermo stond reeds op de voorlopige lijst en als ik die nou gewoon even in de gaten had gehouden dan had ik ook gezien dat die stad later in het jaar zou worden beoordeeld op zijn mogelijke werelderfgoedstatus. Had ik dat geweten… Om dus niet opnieuw met zulke onaangename verrassingen geconfronteerd te worden besloot ik daarna de voorlopige lijst ook maar voor elke vakantie te consulteren. Ik liep dan wel het risico plaatsen te bezoeken die nooit werelderfgoed zouden worden, maar liever dát dan dat ik er eentje mis zou lopen en later noodgedwongen terug moest. Eén Palermo was meer dan genoeg.
Voor Ech Nie leverde dit decreet alleen nog maar meer irritatie op. Ze moest al niet veel hebben van werelderfgoed maar aan werelderfgoed dat (nog) geen werelderfgoed was bleek ze helemaal een broertje dood te hebben. Jammer dan, vond ik, en legde haar geduldig uit dat ze verder niet moest zeiken. Een en ander zou heus nog wel eens gunstig voor ons uitpakken dus moest ze nu even niet zo moeilijk doen. Om aan te tonen dat mijn nieuwe beleid ook ech wel hout sneed vertelde ik haar, voorafgaand aan dit weekend, dat we dankzij mijn vooruitziende blik nu drie troeven in handen hadden en dat mijn besluiten zich eindelijk zouden gaan uitbetalen. Dit kon ech nie meer fout…
Koloniën van Weldadigheid
Vol goede hoop, zittend in een zonovergoten tuin en met een kouwe kletser in de hand, volgde ik de ontwikkelingen in Bahrein (de plaats waar de bijeenkomst dit jaar plaatsvond) nauwgezet. Unesco trapte af met de Koloniën van Weldadigheid, een door België en Nederland genomineerde site die volgens hen zo uniek was omdat het aantoonde dat men hier al aan het begin van de 19e eeuw sociale trekjes had ontwikkeld. Men had destijds de arme stadsbevolking willen omscholen tot welvarende boeren en dat was volgens hen (en mij) van een wel zo aandoenlijke goedertierenheid geweest dat Unesco-status echt niet uit kon blijven.
Wel dus.
Het werelderfgoedcomité sprak zijn zorgen uit over de authenticiteit van het gebodene en wees de voordracht (voorlopig) af. Nou ja, dacht ik, eigenlijk kon ik Unesco daar nog wel gelijk in geven ook. Hoewel ik er tijdens mijn bezoek best nog wel in slaagde wat idyllische plaatjes te schieten, leek het pauperparadijs mij over het geheel gezien inmiddels te versnipperd om nog te spreken over een bijzondere en universele waarde.
Herdenkingsmonumenten van Eerste Wereldoorlog
Maar goed, dat maakte ook niet uit. Ik had nog twee troeven over, en ik was er vast van overtuigd dat die wél allebei zouden worden bijgeschreven op de Unesco-lijst. De eerstvolgende betrof de honderdnegendertig begraafplaatsen en herdenkingsmonumenten van Wereldoorlog 1, die België en Frankrijk hadden genomineerd. De site was volgens ons absoluut erfgoedwaardig en het kon in onze ogen niet anders dan dat ook die blinde eikels van het werelderfgoedcomité dat niet was ontgaan.
Wel dus.
Unesco worstelde een beetje met het uitroepen van conflict-gerelateerde sites, zo was hun uitleg. Ze waren bang een precedent te scheppen voor latere, meer controversiële nominaties en wilden een verheerlijking van oorlog sowieso voorkomen. “Ja, Jezus”, reageerde ik nogal geprikkeld, “zo lust ik er nog wel een paar! De hele geschiedenis hangt GVD aan elkaar van oorlog en geweld, en dan zou dat nou ineens niet goed genoeg meer zijn voor werelderfgoedstatus? Krijg de pesttyfustering! Hoe dachten ze bij Unesco eigenlijk dat alle grote Rijken in het verleden tot stand waren gekomen? Door het uitwisselen van bloemetjes?”
Historisch ensemble van Nimes
Nou ja, ik had nog steeds één troef te gaan. Nimes was de te bespreken nominatie en die zou me met zijn uitzonderlijk goed bewaarde Romeinse tempel, het Maison Carrée, en zijn nog altijd in gebruik zijnde amfitheater toch ech wel uit de brand gaan helpen. Op zeker dat Unesco om deze site niet heen kon…
Wel dus.
“Vuile vieze gore teringzooi. Oók niet!” Teveel van hetzelfde, zo oordeelde die irritante betweters van het werelderfgoedcomité. Blijkbaar was het niet langer voldoende dat monumenten na 2000 jaar nog altijd piekfijn in orde waren, ze moesten ook nog eens wat extra brengen. Romeinse bouwwerken stonden er al genoeg op lijst, zo stelde Unesco, en diegene die er nu nog op wilden komen moesten wel iets toevoegen aan de bestaande. “Gloeiende gloeiende!!” Vloekend en tierend schopte ik m’n tablet door de tuin en smeet m’n bierfles met een rotgang er achteraan. “Klootzakken. Zelfs m’n verjaardag weten ze nog te verzieken. Drie cadeautjes boren die gasten me door de neus, drie! Weten die debielen eigenlijk wel waar ze mee bezig zijn?”
Gefeliciteerd
“Tsja, misschien moet je toch eens een andere hobby gaan zoeken, Ech Wel”, probeerde Ech Nie me te kalmeren. “Wat nou weer?!”
“Nou ik dacht dat je met dat werelderfgoed eindelijk wat volwassener was geworden, dat je wat rustiger werd. Maar nee hoor, het is tegenwoordig al net zo erg als met dat kut-Feyenoord van je. Een en al bloeddorst en vandalisme. Het hoeft bij jou ook maar even tegen te zitten of je breekt gelijk de boel af. Beheers je nou gewoon eens!”
Pfff, kregen we dat ook nog. Moraliserende praat na zo’n ongelofelijk debacle, daar zat ik nou ech nie op te wachten. “Werelderfgoed is inderdaad net als voetbal”, gromde ik terug, “vrouwen hebben er totaal geen verstand van!”
“Oh, en jij zeker wel?”
“Ja, toevallig wel ja…”
“Gefeliciteerd.”
“Ja bedankt. Ech Wel!”
Hier staan de sites die wel door de ballotagecommissie heen kwamen. Wat denken jullie? Zijn het waardevolle aanvullingen of heb je zo je bedenkingen. Laat het ons weten in de reacties hieronder. We horen het graag!
Lees ook:
– Unesco gooit met nieuw werelderfgoed de beuk erin
– Hoe belangrijk is de bijzondere, universele waarde van ons werelderfgoed nog?
– Ondanks diverse ondermaatse kwalificeringen werd werelderfgoedconferentie 2023 toch een gedenkwaardige bijeenkomst
Staan toch wel een paar mooie tussen de nieuw verkorenen Ech wel.. die in Colombia ga ik maar eens bezoeken met de mooie schilderijtjes op de muur. Die kathedraal is Duitsland is dan niet meer van hetzelfde?? Snap er geen reet van, pure willekeur.
Die Duitse kathedraal is, hoewel zeker niet lelijk, inderdaad een lachertje. Daar komt nog eens bij dat die in een gedeelte van het land staat dat ik dus al helemaal had afgevinkt. Goedbeschouwd is het dus nog een nieuw Palermo ook! Je moet echter wel begrijpen dat het niet de deskundigen van Unesco zijn die bepalen of iets op de lijst komt maar dat de werelderfgoedcommissie dit doet. Die commissie bestaat uit 21 afgevaardigden (uit een totaal van 191 leden) en die hebben ondanks een negatief advies van Unesco (niet bijzonder genoeg en bovendien oververtegenwoordigd) besloten het godshuis toch tot werelderfgoed uit te roepen.
De redenatie hierachter is waarschijnlijk iets in de trant van: als wij nou vandaag voor jullie monument stemmen dan kunnen jullie later de onze inschrijven… Het lijkt dus meer op een politieke beslissing dan dat iedereen nou zo overtuigd was van zijn uitzonderlijke, universele waarde. Best een triest geval dus. De commissie zou boven de partijen moeten staan en volledig onafhankelijk zijn beslissingen moeten nemen. Mijn inziens is het dan ook tijd voor verandering want op deze manier raakt de lijst helaas zijn exclusiviteit kwijt en degenereert de waarde van de overige monumenten.
Mooi verhaal, Echwel!
Overigens – de man die volgens de publieke statistieken op 1 na de meeste werelderfgoederen ter wereld heeft gezien (de Schot Iain Jackson, met 864) bezoekt nooit iets van de Voorlopige Lijst. Hij besteed al zijn reistijd aan ‘echte’ werelderfgoederen en dat lijkt toch de meest effectieve tactiek.
Hee, Els! Wat leuk, welkom bij de club!
Ja, die tactiek van Iain oefende ik ook uit in mijn beginjaren maar leverde mij uiteindelijk bij thuiskomst uit Sicilië zoveel frustratie op dat ik de Voorlopige Lijst toch maar in de gaten ben gaan houden… Dat ook die methode echter niet zonder ergernis is bewijst bovenstaand verhaal wel!
Ach ja, teleurstellingen (ik ben ze queesties gaan noemen) horen er denk ik ook gewoon een beetje bij. Ze maken de queeste misschien wel wat lastiger te voltooien maar leveren aan de andere kant ook weer genoeg stof op om over te schrijven. Het is dus een beetje zoals het gezegde zegt: Elk nadeel heb zijn voordeel…
Oh, en die opmerking over vrouwen en werelderfgoed geldt natuurlijk niet voor jou hè! 😉