Onverschrokken voortploeterend op onze niet aflatende queeste bereikten we afgelopen maand wederom een historische mijlpaal; we bezochten onze 200e werelderfgoedsite! Nou ja, we, ík dan. Ech Nie liet het weer eens afweten. Onbegrijpelijk genoeg prefereerde zij een strandstoel in de zon boven een van de meest complete cisterciënzer abdijen ter wereld; het Pobletklooster.
Zijn christelijke monumenten oververtegenwoordigd op de werelderfgoedlijst?
Terugkerend van mijn kruistocht ontspon zich een verhitte discussie omtrent de grote hoeveelheid christelijke bouwwerken op de werelderfgoedlijst. “Het is toch GVD niet te geloven? Hoeveel van die krengen moet je eigenlijk nog bezoeken?” De grimmige ontvangst deed mij vermoeden dat Ech Nie met het verkeerde been uit bed was gestapt, maar dat weerhield mij er allerminst van haar op gepaste wijze te riposteren; “Zeg, wil jij een beetje dimmen alsjeblieft. Eerst al weigeren mee op stap te gaan en nou ook nog zulk commentaar? Wat zullen we nou krijgen?”
“Ja maar om zoveel geloofsinstellingen op te nemen is toch ook krankzinnig? Dat slaat echt nergens op!”
“Elk van die verheven instituten heeft zijn eigen bijzondere en universele waarde, Ech Nie. Als je tijdens het reizen een beetje had opgelet dan had je dat geweten…”
Hoeveel christelijke bouwwerken staan er op de werelderfgoedlijst?
Ik wilde het niet toegeven, maar toen ik me even later naast haar positioneerde, bleef de grievende kanttekening mij door het hoofd spoken. Wat nou “Hoeveel van die krengen moet je eigenlijk nog bezoeken?” Weet ik veel. Ik heb ze nog nooit geteld. Maar aangezien de vraag nu gesteld was, wilde ik het weten ook. Hoeveel van Unesco’s godshuizen heb ik inmiddels bezocht? En hoeveel moet ik er nog aandoen? Ik begon te rekenen.
“Honderdelf stuks”, riep ik na urenlang zweten.
“Hè wat?”, reageerde een versufte Ech Nie. Ze was net een beetje ingedut en had zich blijkbaar niet gerealiseerd wat ze daarstraks teweeg had gebracht. “De werelderfgoedlijst telt honderdelf christelijke bouwwerken.”
“Jezus, moet je me daarvoor wakker maken?”
“Ja. Maar let op; dat aantal geeft alleen de sacrale, op zichzelf staande monumenten weer. Kloosters en kerken die onderdeel zijn van een ingeschreven stedelijk landschap heb ik niet meegeteld.”
Discussie over de criteria
“Met andere woorden, er staan er nog veel meer op de lijst?”
“Ja dat klopt. Maar het zou onzin zijn om die allemaal mee te tellen. De tot werelderfgoed verklaarde dorps- en stadscentra staan immers niet (alleen) vanwege hun godspaleizen op de lijst. Die hadden ook andere kwaliteiten.” Ech Nie vindt dat wel erg kort door de bocht, maar ik negeer die negatieve constatering door er aan toe te voegen; “En voor de diverse culturele landschappen geldt uiteraard hetzelfde.”
“Sorry hoor Ech Wel, maar even voor alle duidelijkheid; het schitterende stift in Melk is buitengesloten omdat het zich in een cultureel landschap bevindt?”
“Correct.”
“En die griezelige knokenkapel in Evora komt ook niet in jouw tabellen voor?”
“Exact.”
“Nou begin dan maar weer opnieuw met tellen want met deze selectie kom je nog niet eens in de buurt van de werkelijkheid.” En met die pinnige woorden draaide ze zich om en bruinde de andere kant.
Kerk of klooster?
Nog een keer? Hoezo? Ik had net 1154 patrimonia gerecenseerd op hun christelijke waarden en nou ging ze mij vertellen dat ik het niet goed had gedaan. Bekijk het lekker.
Maar na een poosje verongelijkt voor me uit te hebben zitten kijken, ging de vileine tenlastelegging toch weer aan me knagen. Die honderdelf sites daar bleef ik bij, maar hoeveel daarvan bestonden nou eigenlijk uit een kloostercomplex en hoeveel waren louter kathedraal?
Bij het maken van de schifting stuitte ik direct op nieuwe uitdagingen. Sites als de kerken en kloosters van Goa of de routes naar Santiago de Compostela bleken zowel een klooster als een kerk binnen hun grenzen te hebben, en daarbovenop was er ook nog de zuil van de heilige drie-eenheid in Tsjechië die juist over geen van beide beschikte. Ach uitzonderingen heb je altijd, besloot ik uiteindelijk, en parkeerde deze sites voor later.
Nog maar 73 te gaan…
“Achtendertig stuks!”, gilde ik na enige tijd heftig transpireren.
“Pardon?”, reageerde een versufte Ech Nie. Ze lag net een beetje weg te doezelen toen ik haar droom andermaal verstoorde. “Achtendertig christelijke bouwwerken hebben we gehad. Eenentwintig kerken en vijftien kloosters. Het antwoord op je vraag luidt dus: 111-38 = 73 stuks.”
“Godallemachtig. Alsof ik in een nachtmerrie ontwaak…”
“Hoezo?”
“Moeten we nog drieënzeventig van die prevelpanden bezoeken terwijl we er al achtendertig hebben gehad?”
“Ja, goed hè? Kan je nagaan hoeveel moois er nog op ons staat te wachten!”
“Nou ik zit er anders helemaal niet op te wachten, Ech Wel. Ik word er zelfs een beetje moe van.” En met die hekelige woorden wentelt mevrouw zich nog een keer om haar as en zonnebaadt prinsesheerlijk verder.
Twijfel brengt het beste van Unesco boven
Behoorlijk gebrouilleerd over Ech Nie’s gebrek aan toewijding tuurde ik een tijdje mistroostig naar de grond. Waar was het toch mis gegaan? Wat had haar van het rechte pad doen wijken? Hoe kon je nou vraagtekens zetten bij de kunde van de werelderfgoedcommissie? Maar hoe langer ik haar stilletjes berispte, hoe meer ik van haar kritiek begreep. Er stonden inderdaad ook wel erg veel van die gewijde constructies op de lijst. En misschien had ze inderdaad ook wel een beetje gelijk toen ze stelde dat mijn opsomming onvolledig was zolang de bedehuizen van Unesco’s culturele- en stedelijke landschappen ontbraken. Temeer daar sommige ook nog eens een belangrijk aandeel in de bijzondere en universele waarde van het patrimonium hadden.
Mijn erkenning werd pas echt verontrustend toen ik me vervolgens begon af te vragen wat die ongeziene cultusplaatsen mij eigenlijk nog konden laten zien wat ik niet al eerder had aanschouwd? Een beangstigende gedachte waarvan ik zo schrok dat ik direct, om mijzelf weer in het gareel te krijgen, begon met het fabriceren van een top vijf reeds door ons bezochte, christelijke werelderfgoederen.
Top vijf van christelijke bouwwerken
De eerste drie waren wat mij betreft gelijk duidelijk. Dat waren de kathedraal van Chartres (vanwege zijn heilige geometrie en symboliek), de Tempelierstempel in Tomar (het fraaiste wat de religieuze soldaten ons hebben nagelaten) en het katholieke hoofdkwartier in Vaticaanstad (vermoedelijk ’s werelds grootste schatkist). Over plek vier en vijf moest ik wat langer nadenken maar na wat wikken en wegen completeerde ik mijn toppers met het klooster van Patmos (het eiland van de Apocalyps) en het iconische wonderplein in Pisa (met zijn vier marmeren mirakels).
“Nou ik ben er uit hoor”, deelde ik Ech Nie daarna op luide stem mede:
“Mijn hemel, wat een geschreeuw, wat heeft dat allemaal te betekenen?”
“Om jou te laten zien dat onze queeste voltooid moet worden, heb ik een top vijf van Unesco’s christelijke bouwwerken samengesteld.”
“Zucht. Kan je me nou niet één keer rustig van mijn vakantie laten genieten? Ik lag net zo lekker te dommelen…”
“We zijn hier niet gekomen om te luieren, Ech Nie. Kom op, opstaan. Het is tijd voor nummer 201.”
“Toch niet weer een heilig huisje?”
“Ech Wel!”
Praktische informatie
Een overzicht van alle honderdelf christelijke bouwwerken is hier terug te vinden. De lijst is opgesteld door mede-werelderfgoedreizigster Els Slots. En voor diegenen die het willen weten; er zijn honderdvierenzestig sites met een kathedraal binnen hun kerngebied.
Zoals gezegd zijn kathedralen en kloosters die deel uitmaken van een stedelijk- of cultureel landschap door mij buiten de selectie gehouden. Mijn top vijf is dus geen weergave van de mooiste kathedralen/kloosters die we tot nu toe hebben gezien want anders hadden we de kathedralen van Siena en Albi waarschijnlijk niet onbenoemd kunnen laten.
Lees ook:
– Is de kathedraal van Aken Dom?
– Glas-in-loodramen kathedraal Bourges openbaren het Licht
– In de kathedraal van Burgos kreeg het “nieuwe Spanje” gestalte
Weer een zogenaamd gelikt stukje schrijf en denkwerk. Dank je wel heb mijn oudste kleinzoon ook naar je stukjes verwezen. Hij kwam net uit Pisa 😎. Hart groet
Goed bezig beiden!!
Zullen de bezoekersaantallen op mijn site binnenkort wel verdubbelen denk ik… 😉