Bijna 2000 jaar geleden schreef Johannes het al in zijn beroemde Bijbelboek Openbaring; eens als de bazuinen klinken, de aarde in duisternis wordt gehuld, wanneer wateren bloedrood kleuren en de mensheid door plagen wordt geteisterd, dan zal Christus over ons stervelingen het Laatste Oordeel vellen. 

Maar ja, wist ik veel. Ik nam al die hysterie niet zo serieus. Hoe kon ik ook bevroeden dat die apocalyptische voorspelling in 2018 weleens uit zou kunnen komen? Er was die bewuste dag geen vuiltje aan de lucht…

Achterdek van schip met zicht op zee, reddingsboot en Griekse vlag
Op koers naar Patmos

Zeereis naar Patmos

“Ik weet het niet hoor, Ech Wel. Ik heb er eigenlijk helemaal geen goed gevoel bij.”

“Hoezo niet? Het ging naar Efeze toch ook hartstikke goed?” 

“Ja, maar dat was lang niet zo ver als nu.” 

“Die paar zeemijl maakt toch niet uit? Het scheelt maar een half uurtje.” 

Het plan is die dag, in alle vroegte, van Samos naar Patmos te varen, maar zoals te doen gebruikelijk heeft Ech Nie voorafgaand aan de boottrip toch ineens weer watervrees. “Komt wel goed meissie”, stel ik haar gerust, “het schip is groot en de Aegeïsche zee is als een spiegel. Ons kan niks gebeuren.”

Maar ja, toen had ik dus nog geen idee wat ons te wachten stond…

Op top van heuvel in Patmos ligt tussen witgekalkte huisjes een klooster wat oogt als een burcht
Aankomst op Patmos, op de top van de berg is duidelijk het klooster van Johannes zichtbaar

Keizer verbant Johannes naar Patmos

In de eerste eeuw van onze jaartelling gold Patmos als een Romeinse strafkolonie. Criminelen en ongelovigen werden er heen gestuurd met het idee dat het ruige, rotsachtige oord hen wel tot inkeer zou brengen en om die reden verbande keizer Domitianus ook de apostel Johannes naar het eiland. Gods gunsteling had zich namelijk voorafgaand aan zijn zending bij de verhevene onmogelijk gemaakt door naast het verrichten van wonderen (hij genas zieken en wekte doden tot leven) ook de tempel van Artemis in Efeze te laten instorten. Toen hij voor die wandaad door Rome werd ontboden, en daar bovendien weigerde de Romeinse alleenheerser als een God te vereren, liet Domitianus hem uit woede in een ketel met kokende olie onderdompelen.

“Net goed, dat zal hem leren.”

“Integendeel schat, het deerde hem niks. Omdat hij bovendien een demon uit een vriend van de keizer verdreef streek Domitianus over zijn hart en zette hij de doodstraf om in een enkele reis Patmos.”

Mozaïek van de Heilige Johannes boven de entree van Johannesklooster Patmos
Johannes met zijn beroemde Bijbelboek

God dicteert Johannes de Openbaring

Ik, Johannes, uw broeder en deelgenoot in de verdrukking, was op Patmos om het woord Gods en de getuigenis van Jezus, aldus de discipel zelf in zijn Openbaring. Hij kreeg de geest op de dag des Heeren en hoorde achter hem een stem, als een bazuin, die hem gebood alles wat hij zag op te schrijven en in de vorm van een brief naar de zeven gemeenten in Klein-Azië te zenden.

“De zeven gemeenten?”

“Ja, zeven bekende steden uit die tijd die volgens de Schriftgeleerden symbool staan voor de verspreiding van het evangelie over de gehele wereld.”

Toen Johannes zich vervolgens omdraaide zag hij iemand als een Mensenzoon te midden van zeven gouden kandelaren, en met zeven sterren in zijn rechterhand en een tweesnijdend scherp zwaard dat uit zijn mond kwam. En zijn aanzien was gelijk de zon schijnt in haar kracht. En hij zei; ik ben de alfa en de omega, en de levende, en Ik ben dood geweest, en zie, Ik ben levend tot in alle eeuwigheden, en Ik heb de sleutels van de dood en het dodenrijk.”

Voorgevel bibliotheek van Celsus bestaande uit twee verdiepingen en opgedeeld in 4 paar zuilen
Een van de zeven gemeenten was Efeze, de woonplaats van Johannes. De stad is vooral beroemd om zijn bibliotheek van Celsus en tempel van Artemis

Symboliek van het getal zeven

“Nou dat liet aan duidelijkheid niks te wensen over hè?”

“Even later legt de Heer gelukkig uit wat hij daarmee bedoelde, meissie. Volgens Hem vertegenwoordigen de zeven sterren in Zijn rechterhand de zeven boodschappers (engelen/leiders) van de zeven gemeenten en verbeelden de zeven kandelaren de zeven gemeenten zelf.” 

“Het is me meteen volkomen helder, Ech Wel.”

“Dat is mooi, Ech Nie. En je had natuurlijk ook al de symboliek van het getal zeven opgemerkt?”

“Het getal komt wel vaak voor ja.” 

“Ja, maar dat had dus een diepere betekenis. Zeven is het cijfer van de volheid en voltooiing. Het is het einde van een cyclus, het maximale. Zeven is de som van drie plus vier. Zoals altijd staat drie hierbij voor het goddelijke en vier voor het stoffelijke. Drie zijn de verschillende verticale dimensies; hemel, aarde en onderwereld. Vier zijn de verschillende windstreken, seizoenen en elementen. Samen duiden ze op de volmaakte volheid, het zinnebeeld van Gods meesterwerk; de schepping.”

Christus als rechter omringd door de vier dieren van de Apocalyps in kathedraal van Chartres
Vier gevleugelde wezens op de kathedraal van Chartres rondom Christus

De vier levende wezens

“Nadat de brieven verstuurd waren zag Johannes een witte troon in de hemel waarop iemand zat die van aanzien jaspis en sardius gelijk was, en een regenboog was rondom de troon. In zijn gezelschap bevonden zich de vier levende wezens: adelaar, gevleugelde leeuw, gevleugelde os en gevleugelde mens. Je kan ze misschien nog wel herinneren van onze bezoeken aan de kathedralen van Chartres, Speyer en Burgos?” 

“Eh…”

“De Openbaring van Johannes vormde een inspiratiebron voor menig middeleeuwse beeldhouwer. Het moest de gelovige herinneren aan de tijd die komen ging. De vier wezens kregen daarom vaak een belangrijke plek in het godshuis toebedeeld en werden op een gegeven moment vereenzelvigd met de vier evangelisten. Respectievelijk, Johannes, Marcus, Lucas en Mattheus.”

“Aha, dus Johannes werd gekoppeld aan een adelaar?” 

“Ja, dat klopt. Men legde dat uit door te wijzen op de hoge vlucht die zijn geschriften namen en op de scherpe blik waarmee hij Gods geheimen doorzag.”

Twee adelaars op deurpanelen Johannesklooster Patmos
De adelaar als symbool van Johannes

De vier ruiters van de Apocalyps

Terwijl ik Ech Nie verder onderwijs in de Openbaring van Johannes begint het zachtjes wiegen van de boot haar plotseling parten te spelen. “Oh het zweet breekt me uit, Ech Wel.” 

Ik denk dat ze doelt op mijn boeiende vertelling en vervolg enthousiast; “Ja, nou wordt het ook echt spannend, schat. We zijn bij het boek der zeven zegels aanbeland. Het Lam met de zeven hoorns en zeven ogen is goed genoeg bevonden de rol te openen en met het verbreken van de zegels verschijnen de vier ruiters van de Apocalyps.” 

“Ik bedoel, ik word een beetje duizelig!”

“Ja, de vier ruiters waren ook bepaald niet misselijk, Ech Nie. Zij kondigden de eindtijd aan. Eerst stoof het witte paard met de zegekrans de overwinning tegemoet. Toen kwam het vuurrode paard met de opdracht de vrede te verdrijven. Vervolgens was het aan de berijder van het derde, zwarte paard om een hongersnood te veroorzaken en tenslotte moest de schim op het vaalgele paard een kwart van de wereld doden.”

Vestingmuren en klokkentoren Johannesklooster steken boven witte bebouwing uit
Johannesklooster steekt boven de huizen van Chora uit

Chora en het klooster van Johannes

Ech Nie heeft er meteen de buik van vol. Een boot die danst op de golven en een echtgenoot die predikt over de ondergang van de mensheid. Bovenop haar zeeziekte is dat net iets teveel van het goede. Om haar een stip aan de horizon te geven, die ze nodig heeft om te focussen, beloof ik haar dat ik de komende rampspoed wel uitstel totdat we in veilige haven zijn.

Eenmaal met vaste grond onder de voeten doe ik als beloofd en laat haar weten dat we te voet de voor ons liggende berg op moeten.

“Moet dat?”, vraagt Ech Nie licht kreunend.

“Ja want daar ligt het aan de apostel gewijde Johannesklooster dat op de werelderfgoedlijst staat. Net als het omliggende stadje Chora trouwens.”

“Dat begrijp ik wel, maar we kunnen toch ook gewoon met de taxi naar boven?”

“Nee natuurlijk niet. Zo werkt het toch niet bij een bedevaart? Afzien is vereist.”

Dikke schuin aflopende muren met  wachttorens Johannesklooster Patmos
De muren van het Johannesklooster moesten de broeders beschermen tegen Arabische piraten

Broeder Christodoulos

In 1088 ontving Gods dienaar Christodoulos (die bij geboorte de naam Johannes kreeg) uit handen van de Byzantijnse keizer het recht om als beheerder van Patmos op te treden. In ruil voor die gift zou de vrome monnik een Johannesklooster op het eiland stichten en de door Arabische piraterij verlaten steenklomp weer van nieuwe inwoners voorzien. Waarschijnlijk om Gods lieveling te behagen bouwde Christodoulos de abdij op de fundamenten van een voormalige tempel van Artemis.

Nadat we het oude ezelpad tussen havenplaats Skala en bergdorp Chora hebben afgelegd, betreden we onder het toeziend oog van een mozaïeken Johannes de als een vesting ogende kloosterkerk. Op het hof dat volgt staat een bron wat tegenwoordig heilig water herbergt maar wat vroeger als een enorm wijnvat functioneerde. Bij het zien van het ronde stenen fust moet ik gelijk denken aan de derde ruiter van de Apocalyps. Hij werd er op uit gestuurd om de wereld in het verderf te storten maar kreeg daarbij eveneens het bevel de wijn ongemoeid te laten. De boodschap was duidelijk; wat er ook gebeurd, de wijn dient te allen tijde beschermd te worden. Een Bijbelpassage die Christodoulos goed onthouden had…

Rond, kniehoog gemetseld muurtje afgedekt met stenen platen op binnenplaats Johannesklooster Patmos
Stenen wijnvat centraal op het binnenhof van het Johannesklooster

Wonderbaarlijke fresco’s

Ik deel het interessante feitje vooral om Ech Nie weer wat op te monteren maar helaas leert een blik opzij mij dat ik hopeloos faal. Ze is nog steeds niet helemaal over ons boottochtje heen en maakt zich bovendien alweer ernstig zorgen over de ongetwijfeld woeste baren die nog komen gaan. “Rustig maar meissie, het loopt heus wel los…” 

“Ja, dat kan jij nou wel zeggen, maar ik ben er niet gerust op…”

“Kijk dan naar de man die Jezus liefhad, Ech Nie. Zijn verrichte wonderen staan hier in kleurige fresco’s op de gevel van de hoofdkerk weergegeven. Zou zo’n man ons ooit in de steek laten? Nee toch?”

Kleurrijke fresco's op arcade Johannesklooster Patmos
Fresco’s op het Johannesklooster tonen ’s mans wonderbaarlijke verrichtingen

Schatkamer Johannesklooster

Naast het godshuis bevindt zich de kapel van de zalige Christodoulos. Daarbinnen worden onder andere zijn relieken, de schedel van Sint Thomas en stukjes van Jezus’ kruis bewaard. Het zijn niet de enige kostbaarheden die het klooster herbergt. Er is ook nog een museum vol kerkelijke, met goud en zilver afgezette gewaden, precieuze juwelen, blinkende reliekhouders, klassieke en vroeg-christelijke antiquiteiten en met dure edelstenen afgezette bekers, kruisen en halskettingen. Over hoe je het meeste voordeel uit handelsprivileges en belastingvrijstellingen moet halen hoefde je de eervolle broeders blijkbaar niks te vertellen…

Oude fresco's opgesteld rondom kunstig bewerkte houten draagbaar
De kloosterlingen beschikten over aanzienlijke schatten

Historische bibliotheek

De grootste schat van het klooster is de historische bibliotheek. Naast de vele antieke manuscripten die in de rondbogige, gewelfde vertrekken tentoongesteld liggen, kan men ook de gouden bul vinden waarin de keizer de oprichting van het convent bevestigt en 33 originele pagina’s van het evangelie van Marcus.

“Marcus? Het gaat hier toch om Johannes?”

“Zeker. Hij is dan ook de reden dat Christodoulos het aanleggen van een voorname boekenverzameling tot prioriteit maakte. Zijn idool gold toendertijd namelijk als de schutspatroon van bibliothecarissen, uitgevers, boekdrukkers, schrijvers, letterzetters, lithografen en alle andere soortgelijke beroepen.”

Opengeslagen oud manuscript vol sierlijke, christelijke symbolen
Oude manuscripten in de historische bibliotheek

Grot van de Apocalyps

Na het zien van de bibliotheek dwalen we nog wat rond tussen de witgekalkte huizen van Chora, een waar labyrint, en zetten vervolgens koers naar de grot van de Apocalyps. Volgens de overlevering is dit de plaats waar Johannes het Woord van God ingefluisterd kreeg. Een drievoudige scheur in het plafond, die wordt gezien als het symbool van de Heilige Drie-eenheid, zou daarvoor het bewijs vormen.

De toorn Gods

Wanneer het vijfde zegel verbroken wordt, staan vanonder het hemelse altaar de martelaren van het christelijke geloof op. Zij smeken God hun dood te wreken. De Almachtige lijkt aan die bede gehoor te willen geven als Johannes met ontzetting aanschouwt dat de opening van het zesde zegel gepaard gaat met catastrofale verschrikkingen. De aarde begint te beven, de zon wordt zwart, de maan kleurt rood, de hemel wijkt en de sterren vallen van het firmament. Blijkbaar maakt de toorn Gods zich op voor de grote finale. 

Kaal aflopend pad wat leidt naar wit dorpje aan zee
Onderweg naar de Apocalyps

Eens als de bazuinen klinken…

Het eindgericht wordt door bazuinen aangekondigd. Wanneer 144.000 rechtvaardigen met een stempel op hun voorhoofd zijn veiliggesteld valt er eerst een doodse stilte van een half uur en blazen vervolgens zeven engelen op zeven verschillende toeters. Het hoorngeschal zet een keten van tragedies in gang. Hagel en vuur, vermengd met bloed, geselen de aarde en verwoesten een derde deel van alle bomen en struiken. Een derde deel van de zee verandert in bloed en doodt een derde deel van alle schepselen in de zee. Een derde deel der schepen vergaat. Als gevolg van een neerstortende, brandende ster wordt een derde deel van het water bitter en wanneer een derde deel van zon, maan, en sterren wordt getroffen is het overdag en ’s nachts een derde minder licht.

Vier bazuinen hebben dan geklonken. Een drievoudig wee bericht de mensen dat het nu hun beurt is. Al die het zegel Gods ontberen krijgen de sprinkhanen uit de put des afgronds over zich heen. Vijf maanden lang zullen boosaardige geesten de heidenen zodanig kwellen dat ze reikhalzend uitkijken naar de dood. Een derde deel van de verdoemden komt daarna om het leven als bij het ten gehore brengen van de zesde trompet een monsterlijk leger zijn vernietigende werk doet. De ontsteltenis over al dit onheil is bij de overlevenden alleen niet van dien aard dat zij zich ook willen bekeren tot het christendom. Zij gaan gewoon verder met hun venijn en hoererij.

Witgekalkte voorgevel van klooster van de Apocalyps
Klooster van de Apocalyps

Sint Anna-kerk en Johannes’ grot

“Is de verlossing inmiddels nabij, Ech Wel? Ik ben er wel een beetje klaar mee zo.”

“Die komt schat. Zie je dat witte gebouw daar verderop? Dat is het klooster wat ze in de zeventiende eeuw rondom de grot van de Apocalyps hebben gebouwd. Het is het laatste component van dit werelderfgoed.” 

Een neerwaartse trap brengt ons even later bij de zeven voet hoge ingang van het huis van God. Het bestaat uit twee gedeelten; de Sint Anna-kerk (vernoemd naar de moeder van de Heilige Maagd, de moeder van de keizer en de moeder van stichter Christodoulos) en de grot waar Johannes zijn visioen kreeg. De plaats waar hij volgens de overlevering zijn hoofd te rusten legde, een nis in de rotswand, is met een verguld hekwerk afgezet. De achterwand is gedecoreerd met gouden iconen. Op een daarvan is Jezus te zien, zittend op zijn troon. Voor hem staan zeven gouden kandelaren, om hem heen zweven zeven engelen.

Verguld hekwerk en tekening van Johannes die door Christus de Openbaring ontvangt
De nis in de rotswand waar de discipel zijn hoofd te rusten legde is afgezet met een hekje

Het Laatste Oordeel

Wanneer de zevende bazuin geblazen wordt, breekt het majestueuze koninkrijk Gods aan. De hemel opent zich en de ark des verbonds wordt zichtbaar. Daarna gaat het bliksemen, donderen, hagelen en aardbeven. Het Laatste Oordeel wordt geveld als de rode draak met de zeven hoofden en tien hoornen is verslagen en er nog eens zeven fiolen (schalen) zeven plagen over de wereld hebben uitgestort. Uiteindelijk eindigen alle antigoddelijke machten (satan, het beest en de valse profeet) in de poel van vuur en zwavel en zullen zij, tot in alle eeuwigheid, dag en nacht gepijnigd worden.  

En ik zag de doden, klein en groot voor God staan. En de boeken werden geopend, en het boek des levens. En de doden werden geoordeeld overeenkomstig wat in de boeken geschreven stond, naar hun werken. En als iemand niet ingeschreven stond in het boek des levens werd hij in de poel des vuurs geworpen.

“Nou, ik heb m’n portie hel en verdoemenis voor vandaag wel weer gehad hoor. Zullen we maar naar de haven gaan? Anders missen we de boot.”

“Is goed mop. Vertel ik je op de terugweg wel over de nieuwe hemel en aarde die aanstaande zijn.”

Mozaïek boven deur van Johannes die zijn leerling de Apocalyps dicteert
Johannes dicteert de Openbaring aan zijn leerling

Hemels Jeruzalem

Onder een strakblauwe lucht en met een zacht briesje verlaten we Patmos. Volgens mij is er werkelijk helemaal niets waar we ons zorgen om hoeven te maken maar desalniettemin weigert Ech Nie op het zonnedek plaats te nemen. Je weet tenslotte maar nooit. “Tuurlijk schat”, schamper ik, en vertel vervolgens over de glorie van de komende Godsstad. “Het nieuwe Jeruzalem komt uit de hemel neerdalen, toebereid als een bruid die voor haar man versierd is. Zij heeft de heerlijkheid Gods, en haar licht is de allerkostelijksten steen gelijk, namelijk als Jaspis, blinkende gelijk kristal. De twaalf poorten zijn twaalf parels, de straten zijn van zuiver goud en de heerlijkheid van God, die in haar midden woont, verlicht haar.” 

Ech Nie reageert niet. Ze is zo druk met pogen de lichte deining de baas te blijven dat ze de blijde boodschap van de Heer er even niet bij kan hebben. Na een half uurtje, net op het moment dat ik haar wil vertellen dat er in deze herschapen, ideale wereld geen plaats meer voor een zee is, wordt onze idylle ruw verstoord. Een enorme klap aan stuurboordzijde doet ons verschrikt opkijken. “Oh, mijn God!”, gilt Ech Nie, “wat was dat?” 

“Zal wel een ijsberg zijn”, grap ik, maar ik heb het nog niet gezegd of een volgende plons water slaat woest tegen onze boot aan. “Krijg nou de…”

Nauw straatje Chora van witte huizen en blauwe raamluiken
Zo schitterend als het Hemelse Jeruzalem was Chora niet, maar vriendelijk was het wel

Eindtijd kondigt zich aan

Kort daarna komen de eerste doorweekte passagiers strompelend en proestend van boven naar beneden stormen. De verwilderde blik in hun ogen doet ons beseffen dat het menens is. En met het almaar toenemende gebeuk der golven blijkt eveneens dat een groot deel van de opvarenden niet bestand is tegen het wilde op en neer gaan van het schip. Overal om ons heen horen we het rochelende geluid van overgevende mensen. 

Nog vervelender is de constatering dat het geslinger menigeen verhindert hun maaginhoud netjes in de ijlings uitgedeelde kotszakjes te deponeren. Het heeft tot gevolg dat het gemorste braaksel zich met het op het dek voortrollende zeewater vermengd. Tot afgrijzen van een ieder komt er zodoende, telkens bij het heen en weer gaan van de schuit, een weerzinwekkend brouwsel voorbijdrijven. In combinatie met de zure, penetrante geur die overal in de ruimte hangt, maakt dat de toch al wat onstuimige tocht tot een ware beproeving.

Tekeningen op Johannesklooster van drenkelingen in een woeste zee
Hadden we de fresco’s goed bekeken, dan hadden we kunnen weten dat een Apocalyps op zee aanstaande was…

Apocalyps op zee

“Ach en wee”, roept Ech Nie tot driemaal toe. Waar ze normaal gesproken al beducht is voor een kleine rimpeling in het water, raakt ze er met dit angstaanjagende noodweer al snel van overtuigd dat ons einde niet lang meer op zich zal laten wachten. “Nog even en we liggen met z’n allen op de zeebodem, Ech Wel. Zeker te weten!” Ik denk dat het zo’n vaart niet zal lopen maar begin daaraan toch te twijfelen als de kapitein ineens met de scheepshoorn schettert. Was dat nou de eerste bazuin?

“Zie je nou wel, ik zei het toch? We gaan er allemaal aan! De dag des Heeren is gekomen!”

“Welnee joh, kalm blijven. Niet panieken nu.”

“Maar dit is de laatste dag, Ech Wel! Je profetie komt uit! Het begon met die stilte voor de storm, toen kwam het ontij en gedonder, net hoorde je het luide trompetgeschal en nou is de wereld ook al pikzwart geworden!”

“Ja de avond is gevallen, Ech Nie. Dan hebbie dat.”

“Maar luidde de voorspelling niet dat er straks een ster naar beneden valt en dat daarna een derde deel van de schepen in een zee van bloed vergaat?”

Witte boot aan kade in het avondlicht
Onze boot in rustiger vaarwater

Een nieuwe wereld

Ech Nie is duidelijk niet langer voor rede vatbaar. Ik probeer haar nog even te sussen met het feit dat de rechtvaardigen zullen blijven leven, maar als ook dat niet helpt laat ik het er maar bij zitten. Wat betreft de lafhartigen en ongelovigen; zij zullen nooit in het nieuwe Jeruzalem worden toegelaten

Gelukkig toont de Goede Herder ons Zijn goedertierenheid. Even plots als hij Beaufort had laten opstaan gebiedt hij hem nu ook weer te gaan liggen. Alsof er niks gebeurd is varen we een kwartiertje later de fonkelend verlichte haven van Samos binnen. Het is geschied, denk ik. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal er niet meer zijn, ook geen rouw, jammerklacht of moeite zal er meer zijn. Want de eerste dingen zijn voorbijgegaan.

Opgelucht haalt ook Ech Nie weer adem. Eenmaal de Apocalyps doorstaan velt ze direct een Laatste Oordeel: “Dat was eens maar nooit weer!”

“Wat?”

“Wij gaan echt nooit meer varen!”

“Zeg nooit nooit Ech Nie! Onze queeste is nog lang niet voltooid.”

“Nou in ieder geval de eerstkomende duizend jaar niet meer!”

“Ech Wel!”

Noot: Na de Openbaring van Johannes op Patmos, volgde de Openbaring van Ech Nie op Samos. Ons leven zou nooit meer hetzelfde zijn…


Ook wel eens op Patmos geweest? Apocalyptische toestanden beleefd of een nieuwe wereld aanschouwd? Laat het ons weten in de reacties hieronder, we horen het graag!

Overwelfde binnentuin van Johannesklooster Patmos
Overwelfd binnenhof klooster van Johannes

Praktische informatie

Openbaring is het meest beroemde boek uit de Bijbel. Vele Schriftgeleerden hebben het schrift sinds zijn verschijnen proberen te duiden maar volgens de meest gangbare christelijke traditie moet het verhaal gelezen worden als een profetie van de komende eindtijd waarin goed en kwaad het tegen elkaar opnemen en God uiteindelijk de overwinnaar is.

Het christendom gaat er van uit dat het boek geschreven is door de apostel Johannes en dat het stuk getuigt van een gedegen kennis van het Oude Testament. (zonder weet te hebben van het Oude Testament valt Openbaring niet te begrijpen). Of Johannes ook daadwerkelijk de auteur is wordt echter door velen sterk betwijfeld. Wellicht was hij slechts een naamgenoot.

Het Lam Gods; de vier levende wezens, de vier ruiters van de Apocalyps, de rode draak, het Laatste Oordeel, het Hemelse Jeruzalem; het Bijbelboek bevat zoveel beelden en symboliek dat het een bibliotheek zou vergen om ze allemaal uit te leggen. Veel van de beschreven scènes hebben een grote rol in de religieuze kunst gespeeld en sieren menig godshuis. (in bovenstaand artikel werden er al drie genoemd maar de lijst zou moeiteloos met tientallen anderen kunnen worden aangevuld (dom van Aken, basiliek van Vézelay, kathedraal van Bourges, enzovoort, enzovoort))

De broeders in het Johannesklooster waren niet de enigen die meenden te beschikken over een splinter van het Heilige Kruis; ook de Tempeliers in Tomar, de geestelijken van de kerk Sainte-Croix in Provins en de monniken in het klooster van Melk bezaten naar eigen zeggen een dergelijk stukje wonderhout.

Net als vele andere eilanden en (kust)steden in deze streek (zoals bijvoorbeeld Verona, Trogir, Corfu, Kotor, Sibenik en Zadar) behoorde ook Patmos eeuwenlang tot de Republiek Venetië.

Jaar van inschrijving: 1999


Lees ook:

Toen het ook eens gruwelijk misging:

Het wonder van kerst, hoe vanuit de diepste duisternis plotseling het Licht verscheen

Toen we nog eens met de boot een pelgrimstocht maakten:

Het afschuwelijke verhaal van Sint Becket en de bedevaart naar Canterbury