Ik moet dit verhaal schrijven. Snel, want anders is het te laat. Dan hebben ze me te pakken. Dan was alles voor niks. Gelukkig ben ik ze tot nu toe altijd te slim af geweest, maar hoe lang ik dat nog vol houd weet ik niet. Ze zijn zo machtig, vroeg of laat zullen ze me vast vinden.
Maar nu ik nog vrij ben, schieten mijn vingers over het toetsenbord, want ik moet jullie iets vertellen. Iets héél belangrijks, iets waar ik op stuitte tijdens het vervullen van mijn queeste. Het is een groot geheim dat, eenmaal bekend, de wereld zal doen schudden op zijn grondvesten. Ik ken namelijk de waarheid over de Tempeliers…
Verdachte omstandigheden
Gelijk bij het horen van onze nieuwe bestemming vermoedde Ech Nie al een complot. “Tomar? Het hoofdkwartier van de Portugese Tempeliers?”
“Ja inderdaad. Een fantastisch monument van de Reconquista, Ech Nie. Het symboliseert de herovering van het Iberische schiereiland op de islamitische Moren.”
“Jaja…”
“En het herinnert ook aan de middeleeuwse kruistochten. Je weet wel, toen de mannen van het ware geloof een heilige oorlog met de moslims uitvochten.”
“Godsamme Ech Wel, ik dacht dat we naar het strand gingen? Dat we met het klooster van Batalha wel genoeg strijd hadden geleverd voor vandaag?”
“Dat zou je misschien zeggen, maar dat is dus niet zo. Dit werelderfgoed ligt immers hartstikke dichtbij. Kan ik ook niks aan doen.”
“Nee, tuurlijk niet. En dat je dit allemaal van te voren hebt uitgedacht ging zeker ook per ongeluk?”
“Je moet niet overal wat achter zoeken, Ech Nie.”
Tempeliers gaan ondergronds
Verborgen symbolen, bizarre inwijdingsrituelen, heilige geometrie; rondom de Tempeliers heeft altijd een zweem van mystiek gehangen. Na de dood van hun laatste grootmeester zouden ze ondergronds zijn gegaan. Gevlucht naar Zwitserland, Schotland, of de Nieuwe Wereld. En met behulp van hun schat begonnen ze een geheim genootschap, een verbond van individuen dat ook nu nog aan de touwtjes trekt.
Men zegt dat ze in 1312, nadat de paus de orde ophief, van de aardbodem zijn verdwenen. Maar iedereen is het er wel over eens dat daar niks van klopt. Dat kán gewoon niet. En ze hebben nog altijd zoveel macht omdat ze beschikken over geheime kennis. Of anders over iets heel bijzonders. En ze hebben het ontdekt toen ze in het Heilige Land verbleven.
Sommige zeggen dat ze de Heilige Graal hebben gevonden, of de Ark des Verbonds. Niets is zeker. Maar dat de inhoud van hun schat fantastisch is, daarover bestaat geen enkele twijfel. Anders valt toch niet te verklaren dat een paar onbehouwen ridders zo ongelooflijk rijk en machtig werden?
Stichting van de orde
De blijdschap is groot als in 1099 de kruisvaarders Jeruzalem veroveren. Eindelijk is dan de heilige stad bevrijd en kunnen de pelgrimstochten beginnen. Niet dat ze ooit helemaal gestopt waren, maar nu kan er tenminste weer veilig naar afgereisd worden. Helaas komt men er al snel achter dat Mohammedaanse bandieten het omliggende platteland beheersen. En niet alleen dat, ze scheppen er bovendien een duivels genoegen in elke bedevaart tot een ware martelgang te maken.
In goed overleg met de plaatselijke koning en patriarch besluit Hugo van Payns daarom een militie op te richten. Een orde van monniken die de kracht van het Woord en het zwaard combineren. Zij zullen Jeruzalem behoeden voor het kwaad en de pelgrims beschermen tegen de ongelovigen. Daar Hugo en zijn mannen ook in armoede willen leven, stelt de monarch speciaal voor hen een gedeelte van zijn paleis beschikbaar.
Tempel van Salomo
Het meest heilige gedeelte van Jeruzalem is de in het oosten gelegen Tempelberg. Volgens de Bijbel is dit namelijk de plek waar de Almachtige Zijn Naam wilde vestigen.
Hier woonde Hij in de Tempel van Salomo. Volgens de overlevering bouwde de verstandigste koning ooit (in samenwerking met zijn opperbouwmeester Hiram) het meest volmaakte gebouw uit de geschiedenis. Verhoudingen, proporties, alles klopte er aan.
In het Allerheiligste van de tempel plaatste men de Ark des Verbonds. Een gouden kist met daarin de tien door God geschreven geboden. (Gij zult niet doden, Gij zult niet stelen etc.) De doos verdween echter op mysterieuze wijze toen Babylonische troepen het heiligdom tijdens een invasie vernietigden.
De orde van de arme ridders
Van het legendarische godshuis rest ons tegenwoordig niks meer. Sterker nog, het is niet eens helemaal zeker of het complex er ooit echt heeft gestaan. Wat wel vast staat is dat de islamieten, nadat Jeruzalem in hun handen viel, op de vermoedelijke locatie van de tempel, de Al-Aqsamoskee bouwden.
Met de komst van de kruisvaarders maken zij van dit bedehuis het onderkomen van hun nieuwe christelijke koning. Het is ook precies dit paleis waarin de Tempelbroeders van de vorst mogen verblijven nadat hun orde is opgericht. Er vast van overtuigd dat ze nu bovenop de Tempel van Salomo resideren, noemen ze hun vechtclub; De orde van de arme ridders van Christus en de tempel van Jeruzalem.
Pauselijke zegen helpt Tempeliers op weg
Om ook daadwerkelijk wat te kunnen uitrichten hebben de ridders mannen en middelen nodig. Een lastige queestie, daar maar weinig christenen zich in het Heilige Land vestigen en het ook niet echt storm loopt met ruimhartige schenkingen. Gelukkig doet Bernard van Clairvaux (de invloedrijkste geestelijke van die tijd en net als hen afkomstig uit de Champagne) een goed woordje voor ze bij de paus. Hij prijst de religieuze soldaten zodanig de hemel in dat de Heilige Stoel overtuigd raakt van hun kwaliteiten en ze prompt met allerlei privileges overlaadt. Binnen de kortste keren draait de oorlogsmachine op volle toeren en groeit de orde uit tot een steenrijke, militaire elite-eenheid.
Commanderijen vormen fundament onder ridderorde
Oorlog voeren is een dure aangelegenheid. Zij die de strijd zullen aangaan moeten worden voorzien van onderdak, loon, wapens, zorg en proviand en dienen daarnaast terug te kunnen vallen over degelijk gebouwde burchten en kastelen. Om aan al die behoeften te voldoen, zetten de Tempeliers in luttele jaren een uitgebreid netwerk van commanderijen ((boeren)bedrijven) op en vervoeren ze via oude Romeinse heerwegen de benodigde goederen naar de frontlinie.
Alsof dat allemaal nog niet complex genoeg is, houden de edelmannen zich ook bezig met het bouwen van steden, het aanleggen van dijken en havens, het stimuleren van handel, het drijven van politiek, het beheren van schatkisten en het verstrekken van kredieten. Ze functioneren zelfs als een soort bank waarbij op de ene commanderij een bedrag kan worden gestort, en dat dan weer bij een willekeurig andere kan worden opgenomen.
Tempeliers in Tomar
Terwijl de Tempeliers uitgroeien tot een ongekende club van alleskunners, verklaart de paus dat de strijd tegen de Moren op het Iberische schiereiland gelijk staat aan de oorlog met de islamieten in het Heilige Land. Een getuigenis die niet onopgemerkt blijft. De inkt van het decreet is nog niet droog of de Portugese moeder Teresa (weduwe van de Franse edelman Hendrik en al een tijdje bezig met het uitbouwen van haar macht) haalt de vechtmonniken naar haar graafschap en verzoekt de heren ook bij haar de hemelse verlossing te komen bewerkstelligen. Samen met haar zoon Alfons (de veroveraar uit Guimarães) trekken de ridders ten strijde en hebben ze een belangrijk aandeel in de verovering van de steden Santarém en Lissabon.
Dankbaar voor hun hulp schenkt koning Alfons zijn strijdmakkers een flinke lap grond aan de Tomar-rivier. Een schenking die behalve vorstelijk, ook bedoeld is om de streek opnieuw te bevolken en tegen de vijanden van het kruis te beschermen. Gualdim Pais, de grootmeester van de Portugese Tempeliers, begrijpt dat. Hij sticht in 1157 eerst de stad Tomar en laat drie jaar later ook een nieuwe vesting bovenop de naastgelegen berg neerzetten
Tempelierstempel naar het voorbeeld van Heilig Grafkerk
Ter meerdere eer en glorie van het zegevierende christendom bouwen de Tempeliers in Tomar een zestienzijdige tempelierskerk, de zogenaamde Rotunda, en plaatsen daarbinnen een achthoekig verguld altaar. De constructie is een verwijzing naar het graf van Jezus en de ronde tombe die zich in de Heilig Grafkerk van Jeruzalem bevindt. Uiteraard is ook hier (net als op vele andere plaatsen) de achthoekige vorm niet toevallig. Jezus zou op de achtste dag uit de dood zijn opgestaan en daarom staat de acht symbool voor de wederopstanding en een nieuw begin.
De Heilig Grafkerk geldt als de locatie waar Jezus is gekruisigd, begraven en herrezen. Een stuk hout wat de Tempelridders op locatie aantreffen, beschouwen de devote mannen als een spaander van het Ware Kruis (waaraan Jezus is gestorven). Ze nemen het relikwie mee, gieten het in goud en bewaken het, als ware hoeders van het christendom, in hun tempel op de berg.
Symboliek van het kruis
Zowel kerk als kruis worden typische onderscheidingstekens voor de ridders van de Tempel. De kerk komt op het zegel van de orde te staan en het kruis krijgt een plaatsje op de kledij. De kleur van het kruis, rood, staat naast het vergoten bloed van Jezus ook voor het bloed dat zij bereid zijn voor de Heer te vergieten. De witte mantel waarop hij prijkt, symboliseert het licht, en de donkere wereld die zij achter zich laten (als zij in de orde worden opgenomen). Volgens de paus is het levendbrengende kruis het zinnebeeld van verlossing en het pure leven dat de ridders leiden.
Koning Filips kijkt vol jaloezie naar bezittingen Tempeliers
Lange tijd zijn de Tempelridders onaantastbaar en worden ze geroemd om hun moed en doorzettingsvermogen. Als op een gegeven moment echter de islamieten steeds meer aan terrein winnen, slaat de stemming om. Vooral in Frankrijk (waar de bezittingen van de Tempeliers veruit het grootst zijn) begint men zich steeds meer te ergeren aan de grote hoeveelheden geld en goederen die richting de Oriënt vertrekken. Behoren die eigenlijk niet gewoon de Fransen toe?, is een algemeen gehoorde klacht, èn, is hun enorme fortuin niet volkomen in tegenspraak met hun gelofte tot armoe?
Naast deze vragen verwijt men hen steeds vaker onhebbelijk gedrag. Ze zouden arrogant zijn. Hebberig. Wreed. Onbetrouwbaar. Wanneer in 1291 dan ook hun laatste steunpunt in het oosten valt, ziet de Franse koning Filips zijn kans schoon; in een poging het enorme vermogen van de moraalridders in eigen zak te stoppen gaat hij over tot de aanval.
Tempeliers in de beklaagdenbank
Filips heeft eerder met dit bijltje gehakt en weet hoe hij zijn zin kan krijgen. In de bekrompen, middeleeuwse wereld hoef je eigenlijk alleen maar je rivalen van ketterij, sodomie en ongepaste schunnigheden te beschuldigen, en je hebt de godsvruchtige meute meteen op je hand. Vervolgens laat je al je verdorven vijanden oppakken, folter je ze net zo lang tot ze bekennen en schenk je ze daarna, als blijk van goede wil, vergiffenis. Uiteraard geldt voor hardnekkige gevallen de brandstapel en confisqueer je in de tussentijd al hun eigendommen. Mochten daar vraagtekens bij worden gezet dan verkondig je plechtig dat je dit alleen maar doet om de onbeheerde goederen te beschermen tegen verachtelijke profiteurs.
En ook dit keer werkt het.
Onrecht in de middeleeuwen
Op vrijdag de 13e (sindsdien een ongeluksdag) worden alle Tempeliers opgepakt en krijgen ze in een donkere kerker te horen welke zonden ze hebben begaan. Daarna zit er nog maar een ding voor ze op; bekennen. De kerkelijke inquisiteurs zijn namelijk zo geïnstrueerd dat ze alleen met martelen mogen stoppen als ze een schriftelijke bekentenis hebben losgekregen. Eenmaal je schuld toegegeven is er geen weg meer terug. Wanneer iemand namelijk zijn getuigenis intrekt dan vormt dat voor de rechtbank het onomstotelijke bewijs dat ze met een onverbeterlijke ketter te maken hebben. Voor een dergelijke zondaar is genade sowieso uitgesloten.
De vloek van Jacques de Molay
Een van degenen die dat aan den lijve ondervindt is de laatste grootmeester van de orde, Jacques de Molay. Nadat de paus onder druk van Filips een einde aan de Tempeliers heeft gemaakt, krijgt Jacques het vuur aan de schenen gelegd. Staande op de brandstapel ondergaat hij echter niet lijdzaam zijn lot, maar zegt hij zijn zogenaamde beschermheren binnen het jaar terug te zien…
“…En binnen het jaar zijn zowel de paus als Filips dood.”
“Hè?” Ech Nie heeft het hele verhaal nog niks van zich laten horen dus ik ben even verrast als ze dat nu plotseling wel doet. “Ja, ik denk, ik zet er maar een beetje vaart achter. Ik heb je tot nu toe nog geen geheim horen onthullen…”
“En daarom dacht jij maar even één van die onwaarschijnlijke gebeurtenissen te moeten aanhalen die je altijd hoort als het over de Tempeliers gaat?”
“Wat nou, onwaarschijnlijk. De vloek van Jacques was op Discovery hoor…”
“Ja, dat dacht ik al. Als er één zender is die van sensatie houdt…”
De mythe van de Tempeliers
Ik noemde hem al, de mythe. Na de dood van Jacques, (of misschien juist net daarvoor, daar zijn de complotdenkers nog niet helemaal over uit) smokkelen de Tempeliers hun geweldige schat het land uit en weten ze met behulp van hun kapitaal een organisatie op te zetten die tot op de dag van vandaag de wereld vanuit de schaduwen manipuleert.
Dat er geen enkel bewijs voor deze wilde theorie bestaat, lijkt de aanhangers van de hypothese geenszins te deren. Integendeel, dat de archieven van de orde verloren zijn gegaan, heeft alleen maar bijgedragen aan het mysterie. Hoe komt het toch, dat een al 700 jaar geleden opgeheven militie nog altijd zó tot de verbeelding spreekt?
Ech Nie weet het antwoord wel. “Kom op schat, je gelooft toch zeker zelf niet dat zo’n verbond van machtige mannen ineens in rook opgaat?”
“Nou, daar heeft het anders wel alle schijn van. In tegenstelling tot…”
“Ja, hou maar op, ik weet al wat je gaat zeggen. Er is niks wat al die boude beweringen ondersteunt. Maar misschien moet je die eeuwige boekenwijsheid van je eens een keer laten varen en gewoon even voor jezelf nadenken.”
“Hoe bedoel je?”
Strijders vluchten te paard naar Zwitserland
“Nou, ga maar na. Zou het voor lieden die bekend zijn met het transporteren van allerhande goederen, over land en over zee, niet mogelijk zijn om zelf ook via een van deze wegen te ontkomen?”
“Ehm…”
“Natuurlijk wel. Waarschijnlijk zijn vele Tempeliers gewoon op hun paarden gesprongen en naar Zwitserland gevlucht.”
“Naar Zwitserland?”
“Ja natuurlijk. Je kan er de Zwitserse geschiedenis gewoon op nalezen hoor. Toen die Alpenjongens voor hun onafhankelijkheid vochten, kregen ze plotseling steun van onbekende, in het wit geklede ridders. Drie keer raden wie dat waren?”
“Dat weet je toch helemaal niet. Die kunnen overal vand…”
“Ja, dat zou inderdaad kunnen ja. Maar erg waarschijnlijk is het niet hè? Ik bedoel, in Frankrijk jagen ze op Tempeliers en plotseling duiken er in de bergen van het buurland wit geklede ruiters op. Dan is één plus één toch twee? En als je even verder denkt… Hoe zou het komen dat Zwitsers zo goed in bankieren zijn? Of dat ze een stad hebben die Sion heet? Of een vlag die rood gekleurd is en een wit kruis heeft?”
Ridders pakten de boot naar Schotland
“Maar de Tempeliers hadden juist een vlag met een wit vlak en een rood kruis.”
“Tsjongejonge Ech Wel, moet je nou echt overal over zeiken. De link is toch onmiskenbaar? Maar okee, jij je zin. Weet je welk land wel een wit vlak met een rood kruis heeft?”
“Ja, Engeland.”
“Engeland ja, of beter gezegd de UK. En wie maken er deel uit van de UK? De Schotten. En hoewel een deel van de ridders waarschijnlijk via Zwitserland is gevlucht, pakte een ander deel de boot naar Schotland.”
“Hoezo Schotland?”
“Omdat dat land door de paus in de ban was gedaan. Daar had de kerk dus niks te zeggen. En dat was dus precies wat de Tempeliers zochten. Het verklaart ook meteen waarom er geen enkele boot van de Tempeliersvloot is teruggevonden. Want dat is dus zo hè. Hoewel de Franse koning ongeveer alles in beslag wist te nemen, en er overal lijsten van zijn, is er dus geen schuit te bekennen. Logisch, want de vloot werd gebruikt om de schat het land uit te krijgen.”
Geheime kennis grootste schat Tempeliers
“Die schat, altijd weer die schat…”
“Die zat vol geheime kennis, Ech Wel. Waarschijnlijk afkomstig van koning Salomo zelf en opgedoken door de Tempeliers toen ze onder hun paleis gingen graven.”
“Geheime kennis…”
“Ja, kennis die men bewust uit de Bijbel heeft gelaten. Papyrusrollen die vertellen over de gaven van Salomo. Salomo was namelijk niet alleen de allerslimste, hij kende ook de wetten van het heelal. Hij begreep wat niet waarneembaar was, kon praten met vogels, beheerste de geestelijke wereld en wist van magische spreuken en bezweringen (vandaar dat de vloek van Jacques zo goed werkte, de geheimen van de orde gingen namelijk over van grootmeester naar grootmeester). Salomo was een magiër pur sang, hij kon de natuur naar zijn hand zetten en verstond de kunst van maatvoering…”
“Ja, dat laatste klopt. Dat zagen we al bij zijn tempel.”
“Maar niet alleen daar Ech Wel, óók bij de gotiek!”
Kathedraal van Chartres
“De gotiek?”
“Jazeker. De architectuurstijl waarbij alles draait om de juiste proporties en heilige geometrie. Want je dacht toch niet dat het alleen maar toeval was dat juist met het verschijnen van de orde, de gotiek zijn intrede deed? Iedereen die er een beetje bij de Tempeliers toe deed was afkomstig uit de Champagne. De koning van Jeruzalem, Hugo van Payns, Bernard van Clairvaux… en drie keer raden wie er tijdens de bouw van de kathedraal grootmeester was van de orde…”
“Al sla je me dood…”
“Willem van Chartres! En waar staat de kathedraal van Chartres? Precies, in de Champagnestreek.”
“Trouwens, wist je dat in het noordportaal een afbeelding te vinden is waarop de Tempeliers er met de Ark des verbonds vandoor gaan? Die hadden ze namelijk ook gevonden in de overblijfselen van de Tempel van Salomo.”
“Ophouden nou hoor, Ech Nie.”
Vrijmetselarij is verwant met Tempeliers
“Nog heel even. Om de kathedraal van Chartres zo perfect te krijgen moest je als metselaar natuurlijk van goede huize komen. Daarom verenigden de mannen zich in loges zodat ze elkaar de kneepjes van het vak konden leren. Als hun grote voorbeeld kozen ze de opperbouwmeester van Salomo, Hiram, en om een beetje in die sferen te blijven, namen ze ook de symboliek van die tijd over. De davidster als zegel van Salomo, het pentagram als bron van alle volmaaktheid en de bronzen zuilen van de Tempel als teken van kracht en wijsheid. En aangezien de maçonnieke vaardigheden erg gewild waren, trokken de metselaars van hot naar her en ontstonden er overal in Europa nieuwe loges.”
“Interessant Ech Nie, maar wat heeft dat met de Tempeliers te maken?”
“Toen zij met hun schepen in Schotland aanmeerden, duurde het niet lang of ze legden contact met deze loges. Beide hadden immers dezelfde voorvaderen en interesses. Vandaar dat de Vrijmetselarij en de Tempeliers zo met elkaar verweven zijn. Samen hebben ze ook de Franse Revolutie ontketend.”
“Ja dahaag Ech Nie. Het is goed met jou.”
“Echt waar hoor. Toen de Franse koning zijn hoofd onder de guillotine verloor, sprong er vanuit het publiek iemand op het schavot, stak zijn handen in het verse bloed en riep: Eindelijk is de dood van Jacques de Molay gewroken.”
De waarheid over de kruisridders
“Okee, Ech Nie. Weet je wat?”
“Wat?”
“Je hebt gelijk. De Tempeliers hielden na hun teloorgang inderdaad niet op te bestaan. En het klopt dat ze met hun vloot de hele heidense wereld veroverden.”
“Dat viel na mijn uiteenzetting ook bijna niet meer te ontkennen natuurlijk.”
“Jij hebt de waarheid alleen maar geweld aan gedaan, schat. Het echte geheim ligt namelijk in Tomar.”
Een nieuwe religieuze orde ontstond in Portugal
Van meet af aan had het Portugese koningshuis nauwe banden met de orde der Tempeliers. Ze hadden samen de Moren verslagen en hadden ook gezamenlijk weten te voorkomen dat het heroverde land weer terugviel in islamitische handen. Dus toen Filips zijn collega-vorsten aanraadde de Tempeliers te vervolgen, vond die oproep in Portugal geen weerklank. In plaats daarvan veranderde men gewoon de naam van de club naar Christusorde en kregen ze (nadat met buurland Castilië was afgerekend) een nieuwe taak toebedeeld; meehelpen met de uitbouw van het land.
“De uitbouw van het land? Dat heb ik vandaag al eerder gehoord. Had je het daar in het Batalha klooster ook al niet over?”
“Inderdaad. Natuurlijk verkocht men het koloniseren van overzeese gebieden als het verspreiden van het christendom, maar voor de goede orde was het duidelijk; de macht van het koninkrijk moest worden vergroot.”
Tempeliers faciliteren ontdekkingsreizen
Met grootmeester Hendrik de Zeevaarder als nieuwe roerganger wordt vanaf 1420 de basis voor Portugals wereldmacht gelegd. Het vrijgekomen geld van de Tempeliers (sommigen zouden het een schat noemen) wordt gebruikt voor het financieren van ontdekkingsreizen en als eerbetoon aan de ridders siert hun achtpuntige kruis de zeilen van elk karveel (schip).
“Dit wordt toch geen herhaling van zo-even hè?”
“Nee zeker niet, maar wacht even op de climax alsjeblieft. Behalve dat Hendrik het grondgebied van Portugal vergroot, is hij ook de eerste die met een nieuwe kloostergang de oude Tempelierskerk uitbreidt. Degene die echter zijn grootste stempel op de architectuur van het convent drukt, is de latere koning (en grootmeester) Manuel.”
“Portugal vaart wel dankzij de ontdekkingsreizen. Met Manuel op de troon is het land op het toppunt van zijn macht (kruisridder Vasco da Gama bereikt in die tijd als eerste Indië en Cabral maakt Brazilië tot een onderdeel van het koninkrijk) en kan de vorst het zich veroorloven een geheel nieuwe, aan de zee gewijde, kunstvorm te ontwikkelen.”
Manuelstijl
“Ja, de Manuelstijl. Die architectuur waarin scheepsvaartmotieven zo kenmerkend zijn?”
“Precies. En dat is dus wél een bouwtrant die we zuiver en alleen aan de Tempelridders te danken hebben. Het grote geheim van de orde heeft dus niks te maken met heilige gralen, duistere praktijken en cryptische symboliek, maar alles met het feit dat ze onder een andere naam haar activiteiten voortzette, financieel en fysiek (ze voeren mee op de schepen) de ontdekkingsreizen mogelijk maakte, het christendom over de Nieuwe Wereld verspreidde en een geheel nieuw tijdperk inluidden! Een eclatant succes wat zij bovendien vierden door hun successen op een geheel eigen wijze in steen uit te houwen!”
“Hmmm, dat valt me toch een beetje tegen, Ech Wel…”
“Ja, ik realiseer me dat dit allemaal niet kan tippen aan al die sensatiestukken die sinds de Romantiek de ronde doen, maar dat wil nog niet zeggen dat dit werelderfgoed geen grandioze manifestatie van macht en geloof is. Neem nou bijvoorbeeld de Rotunda, de ronde Tempelierskerk die verwees naar de Grafkerk in Jeruzalem.”
Rotunda verbeeldt kruistocht
Als ridders van het kruis leek niks hen passender dan op deze gewijde plaats Jezus’ lijdensweg te gedenken. Daarom houden de achttien engelen op de buitenmuren allen een voorwerp vast dat naar die verschrikkelijke kruistocht te herleiden is. De een heeft het kruis beet, de ander een doornenkroon en er is er zelfs een te zien met de lijkwade van Turijn tussen twee handen. De kleurrijke muurschilderingen maken het geheel af en vertellen Jezus’ levensverhaal. De houten figuren stellen de profeten voor.”
“Een zee van kleuren inderdaad Ech Wel, en ook best spectaculair om te zien. Maar ik kan er voor de rest geen scheepsvaartmotieven in ontdekken hoor.”
Venster kapittelzaal is ode aan de zee
“Die bewaarden de Tempeliers natuurlijk voor het schip hè. Duh. Het gewelf heeft de vorm van een zeil, de ramen zijn omrand met geknoopte touwen en het armillarium wordt door engelen gedragen. (Het armillarium was een navigatieapparaat in de vorm van een wereldbol met ringen dat diende als Manuels maritieme symbool van macht en kunde).”
Het hoogtepunt van het hele klooster bevindt zich echter aan de buitenzijde van de kapittelzaal (daar waar de Tempeliers in de leer werden onderwezen). Daar bevindt zich namelijk het wereldberoemde venster dat als een ware ode aan de zee is uitgebeeld. Helemaal onderop staat de kapitein van een van de karvelen, daarboven zie je gevlochten kabeltouwen, boeien, knopen, masten, koraal, zeewier en schilden, en de kroon op het werk vormt uiteraard, staande tussen twee armillariums, het achtpuntige kruis van de Tempeliers.”
Telefoon
“Ech Wel! Ech Wééééél!”
“Ja wat?”
“Dan Brown aan de lijn…”
Oh nee, daar heb je ze al. De eerste broodschrijver die me heeft ontdekt! Hij heeft met zijn leugens over de Tempeliers miljoenen verdiend en zal er waarschijnlijk alles voor over hebben om mij van publicatie te weerhouden. Maar ik laat me niet stoppen. De waarheid over de Tempeliers moet worden gedeeld. Mijn manifest moet online! Voordat het te laat is….
Ech Wel!
Ook wel eens op bezoek geweest bij de Tempeliers in Tomar? Gefascineerd door complotten, geheime kennis of ridders van het kruis? Laat het ons weten in de reacties hieronder, we horen het graag!
Praktische informatie
De Tempeliers in Tomar waren niet de enigen die meenden te beschikken over een splinter van het Heilige Kruis; ook de monniken in het klooster van Melk, de geestelijken van de kerk Sainte-Croix in Provins en het Johannesklooster van Patmos bezaten naar eigen zeggen een dergelijk stukje wonderhout.
Adres: Igreja do Castelo Templário, 2300-000 Tomar, Portugal
Jaar van inschrijving: 1983
Officiële website: Convento de Cristo
Tip voor werelderfgoedreizigers: Het klooster van Alcobaça en het klooster van Batalha liggen om de hoek. De religieuze driehoek is middels een combi-ticket (voor alle drie de abdijen) te bezoeken en daarvoor krijg je een week de tijd.
Lees ook:
* Over de Heilige Graal
– Na bloedige kruistocht promoveerden ketterse Katharen tot hoeders van de Heilige Graal
– Het laatste oordeel over Maria Magdalena, was ze hoer of Heilige Graal?
* Over de Tempel van Salomo
– Koninklijke boekenwurm kreeg met Escoriaal de wijsheid in pacht
prachtige en leesbare verhalen, heerlijk om te lezen
Ah, dank je wel! Nooit te beroerd om wat geheime kennis te delen 😉
Compliment, heerlijk omte lezen en een dikke knipoog.
Dank je Jan, compliment wordt gewaardeerd!